Een oud boerderijtje in Frankrijk betekent onherroepelijk: beestjes. Spinnen die je netjes naar buiten hebt begeleid zitten de volgende dag gewoon weer tegen het plafond. Nachtvlinders en motjes idem dito. Paarden en koeien in de buurt betekent een keuken vol vliegen. ‘s Ochtends zie ik aan de kronkelende sporen dat de slakken kennelijk vannacht een feestje hebben gehouden op het aanrecht. Buiten gonzen de bijen, fladderen de vlinders, zit de roos vol luis en het gazon dankzij veldmuizen en mollen vol kuilen en bulten. Nee, je moet hier niet bang zijn van beestjes.
Maar ik keek wel even op toen ik ineens een joekel van een roofvogel zag zitten in de tuin. Zodra hij mij in het oog kreeg, vloog hij weg. Maar twee dagen later zat hij er weer, op precies dezelfde plek. Wederom maakte hij zich al klapwiekend snel uit de voeten. Maar nu ontdekte ik een groot gat in de grond, met daarin een wespennest. De bewoners zoemden not amused, dus ik liet ze verder met rust. Wespen doen namelijk geen vlieg kwaad. Wel eten ze volop muggen, luizen en zelfs teken, dus dat pleit alleen maar voor ze. De wespendief – want dat was de roofvogel volgens mij – liet zich helaas niet meer zien, dus ook ik ging uiteindelijk andere dingen doen. De bramen in mijn heg bleken namelijk eindelijk rijp. Al snel vulde mijn emmertje zich met sappig zwart fruit, maar ook met af en toe een beestje. Een wriemelende oorwurm, wat verdwaalde mieren en een soort vliegende kevertjes. Veel mensen wassen daarom hun plukfruit in veel water, maar dan wordt het een smakeloze kledderzooi. Niet doen dus. Als je de bramen even laat staan in een vergiet, kruipen de beestjes er vanzelf uit, want die willen immers niets liever dan zo snel mogelijk weer de wijde wereld in.
Mijn bramen gingen lekker in de clafoutis. Dat is een Franse klassieker (spreek uit klaa-foe-TIE), een soort eiïge taart zonder bodem. Een even makkelijk als verrukkelijk toetje uit de oven. Laat alleen die wespen het maar niet horen.
RECEPT Bramenclafoutis
Nodig voor 3-4 personen:
250 g bramen
1 flinke tak rozemarijn
50 g boter + extra voor de vorm
125 ml melk
2 eieren
30 g bloem
50 g suiker
snuf zout
1 volle eetl geschaafde amandelen
poedersuiker
Oven voorverwarmen op 175°C. Smelt 50 g boter in een steelpan en laat lekker bruin worden (maar niet verbranden!). Vet een kleine ovenschaal (Ø 20 cm) dik in met extra boter. Verdeel de bramen over de bodem. Hak de rozemarijn fijn en strooi erover. Klop met een garde de melk, eieren, bloem, suiker en zout tot een glad beslag. Voeg op het laatst de afgekoelde boter toe. Giet over de bramen en bestrooi met geschaafde amandelen. Bak ± 30-35 minuten in het midden van de oven tot hij stevig is. Check eventueel met een satéprikker. Bestrooi met poedersuiker en serveer vanuit de ovenschaal.
TIP:
De oerversie van de clafoutis is met kersen (mét pit), maar het kan met elk soort fruit. Ik deed het in een kleine ovenschaal, maar verdubbel gerust de hoeveelheden voor een grote schaal.
Dit recept verscheen eerder in Trouw (©: Koken met Karin).
Nog meer bramen? Zie ook deze lekkere recepten:
• Bramencake
• Appel-bramenplaatcake
• Snelle bramentaart
• Bramenjam
• Toast met warme geitenkaas met bramen
WERELDGERECHTEN
Vanaf nu overal in de boekwinkel, mijn gloednieuwe kookboek Wereldgerechten zónder pakjes & zakjes. Te koop bij Libris, Bruna of bol.com, of bestel hier een door mij persoonlijk gesigneerd exemplaar via deze website.