Wat doet een mens met koude spruitjes? Annie MG Schmidt wist wel raad in haar ‘Ballade van de salade’ uit de bundel Huishoudpoëzie (1957) Van restjes kun je namelijk altijd nog een salade maken. Wat voor restjes dondert niet, zolang u er maar slasaus over giet wordt alles als bij toverslag salade. Ruim zestig jaar oud en nog altijd even hilarisch, dit doldwaze gedicht.
‘De slasaus dekt geduldig elke sof,
mantel der zure liefde die bedekt
de koude spruitjes en het laffe lof.
Neem slasaus, vriend, zolang de voorraad strekt.
Men kan er alles in doen: rauwe peen,
gehakte haren, rolpens en pommes frites,
en, kom, nog maar wat saus eroverheen
en alles gegarneerd met rode biet.’
Al snel ontspoort de boel. Gemalen fietsen, een nylon kous, de krant van gisteren, hup, alles kan in de salade ‘onder de witte wade van de saus’, waarbij elke strofe steevast eindigt met de moed der wanhoop: ‘en alles gegarneerd met rode biet’. Waar moet dit eindigen, want ‘er kan nog zóveel in, nog zóveel in’…
Uiteraard doen we daarom een spruitjessalade. Het is immers nog altijd spruitjesmaand. Zonder rode biet, maar wel met noedels, komkommer en pinda’s. En geen klodder witte slasaus maar een lichte Oosterse dressing.
Zelf maken?
Maaltijdsalade met noedels en spuitjes
Nodig voor 4 personen:
400 g spruitjes
200 g (rijst)noedels
100 g ongezouten pinda’s (of cashewnoten)
½ komkommer
4 lente-uitjes
1 handje koriander
1 handje munt
Dressing:
3 eetl Japanse sojasaus
3 eetl limoensap
2 eetl sesamolie
1 eetl sriracha
2 eetl basterdsuiker
2 knoflooktenen
Dressing: Meng alle ingrediënten in een grote kom, de knoflooktenen mogen uit de knijper. Proef. Te pittig? Iets meer suiker.
Salade: Kook de noedels gaar volgens de aanwijzingen op de verpakking. Spoel in een vergiet af met koud water, laat goed uitlekken en schep meteen door de dressing. Maak de spruitjes schoon voor zover dat nodig is (zie vooral nog even mijn spruitjesschoonmaaktips) en snij ze in dikke plakjes, zeg elk spruitje in drieën. Blancheer in een pan met kokend water en zout beetgaar (± 4-5 minuten). Spoel in een vergiet af met koud water. Rooster de pinda’s al omscheppend goudbruin in een koekenpan. Laat afkoelen op een bord. Snij de komkommer (met schil) in de lengte doormidden en dan in dunne halve plakjes. Snij de lente-ui in flinterdunne ringetjes, ook het groen. Hak de helft van de koriander en munt fijn. Meng alles door de noedels, dat gaat het beste met de hand. Laat de smaken liefst een uurtje intrekken op kamertemperatuur.
Serveren: Hak de rest van de koriander en munt en strooi erover. Wie wil giet er aan tafel nog wat extra sojasaus over.
TIPS:
• U kunt de salade prima in de koelkast bewaren, maar serveer nooit ijskoud, altijd op kamertemperatuur.
• Geen sriracha (Thaise chilisaus)? Een of twee fijngehakte rode pepers of een lepeltje sambal kan ook.
Dit recept verscheen eerder in Trouw(©: Koken met Karin) als onderdeel van een spruitjesmaand. Zie ook:
• Spruitjesgratin met pindakaas
• Spruitjes met miso
• Kliekjessoep met spruitjes
• Rauwe spruitjessalade op z’n Italiaans
• Gewokte spruitjes met walnoten
• Kliekjesrecept: aardappelspruitjespannenkoekjes