Vorige week kreeg ik tot mijn onuitsprekelijke vreugde een emmer met 9 kilo frambozen. Door de zwaartekracht waren de onderste lagen natuurlijk al snel gereduceerd tot prut. Geen probleem, ideaal om frambozencoulis mee te maken. Daarmee kan je elk toetje in no time upgraden tot een feestdessert. Hoe maak je coulis? Simpel. Frambozen tot moes wrijven door een zeef zodat de pitjes achterblijven.
Gek genoeg proef je die pitjes nauwelijks als je gewoon een framboos eet, maar in elke andere bewerking worden de pitjes al snel hinderlijk omdat ze zo tussen je tanden blijven knarsen. Door een zeef wrijven dus en dan mengen met poedersuiker (lost het beste op) naar smaak. Klaar is coulis. Het is niet zo lang houdbaar (na 2 dagen ontplofte er een flesje in mijn koelkast!) maar invriezen is heel makkelijk. Liefst in kleine porties, dan kun je beter doseren. Ik heb de coulis met een trechter in ijsklontzakjes gegoten. Tot en met de kerst ben ik nu voorzien van frambozencoulis.