Vandaag is hij precies een eeuw dood, de Franse schrijver Marcel Proust. Niet veel mensen hebben waarschijnlijk zijn beroemde romancyclus ‘Op zoek naar de verloren tijd’ gelezen, ik natuurlijk wel, in het Frans zelfs, maar hee, ik heb dan ook Frans gestudeerd. Dan is Proust lezen wel het minste wat je kunt doen.
Maar iedereen kent natuurlijk wél zijn madeleines. In het allereerste boek zit een beroemde scène waarin hoofdpersoon Marcel zo’n mollig, schelpvormig cakeje doopt in de thee. En plotsklaps zit hij ineens weer als klein jongetje bij zijn tante Léonie, waar hij menig middagje doorbracht met thee-en-cake. En vervolgens hielden de herinneringen zeven boeken lang niet meer op.
Waarbij we trouwens intussen weten dat de schrijver nog lang zat te dubben of hij voor dat magische herinnermoment niet een stukje oud brood zou nemen, al dan niet geroosterd, of anders gewoon een biscotte? We mogen van geluk spreken dat hij uiteindelijk toch koos voor dat lekkere cakeje, dat anders vast niet zo wereldberoemd was geworden.
Dus wat mij betreft is 18 november voortaan Internationalle Madeleine-Bak-Dag. Uiteraard heb ik verschillende recepten voor je.
Madeleines met amandelmeel en rozenwater.
Madeleines met gedroogde lavendel
Madeleines met chocola (in mijn boek De makkelijke Franse keuken).
Madeleines met stemgember
Of mijn nieuwste vondst: madeleines met walnoten
Ja zelfs hartige madeleines, met roquefort, als borrelhapje (in mijn boek De vrolijke tafel)
Wil je het liever doodgewoon zonder poespas? Dan is er ook altijd nog mijn recept van tienminutencakejes. Als je die in een madeleinevorm doet, lukt het ook. O ja, want madeleines bak je uiteraard in een madeleinevorm. Elke kookwinkel heeft ze, ook in Nederland. Die van siliconen zijn het makkelijkst, die van metaal zijn wat meer werk (want invetten en bepoederen), maar, eerlijk is eerlijk, leveren de lekkerste cakejes op. Zelf maak ik overigens meestal mini’s, in mijn knalroze Fauchon-minimadeleinebakvorm, want hoe meer madeleines, hoe meer vreugd. N’est-ce pas?
En lees beslist eens een boek van Proust. Het eerste deel, in het Nederlands De kant van Swann geheten, valt ook prima los te lezen en is werkelijk prachtig. En dan kun je eindelijk met eigen ogen eens die wereldberoemde madeleine-scène tot je nemen.