Geef maar toe, jullie zitten allemaal reikhalzend uit te kijken naar mijn klassieke après-vakantieblues-verhaal. Traditiegetrouw begin ik in september altijd bloedchagrijnig aan een nieuw seizoen, weemoedig terugverlangend naar een lange zomer vol dolce farniente – alleen dan tegenwoordig op z’n Frans, want een huis in Normandië. Twee maanden lang leefde ik als godin in Frankrijk terwijl de laptop lekker in de tas bleef. Nu had ik, dat moet gezegd, als een malle vooruitgewerkt, dus een rustpauze was ook wel op z’n plaats. Of nu ja, rust, rust; in en om een oud boerderijtje valt altijd wel wat te doen. Een knutselklusje hier, een schilderkarweitje daar, plus niet te vergeten tuin en moestuin.
De pruimenboom bleek ineens vol te hangen met prachtige, sappige paarse pruimen, o, als eieren zo groot. Vorig jaar had de vorst geniepig toegeslagen toen hij net in bloei stond, met hooguit een treurig handjevol fruit als resultaat. Maar 2022 bleek een uitzonderlijk goed pruimenjaar. Trouwens ook een uitzonderlijk goed wespenjaar. Voor de wespen zelf dan, wij mensen worden er doorgaans knap sikkeneurig van. Gelukkig hadden we een ijzersterke afleidingsmanoeuvre: die pruimenboom. Zowel in als onder de boom was het een gezoem van jewelste.
Voorzichtig plukken was het devies, want menig pruim bleek geënterd door een wespenclubje dat via een gaatje in de schil de boel van binnenuit zat op te peuzelen. En zo konden wij mooi de hele zomer ongestoord buiten ontbijten, lunchen en dineren. Bovendien, laten we dankbaar wezen dat wespen enorme hoeveelheden muggen verschalken, plus vliegen, luizen en zelfs teken. Daar offer ik graag een halve pruimenboom voor op. En nog steeds had ik meer dan genoeg pruimen om zelf te eten. En natuurlijk voor pruimenjam, pruimencake, pruimentaart en pruimencrumble.
Intussen is het september, is de boom finaal leeg en zijn ook de wespen nagenoeg allemaal verdwenen. Ik zit weer vierhoog in Amsterdam, al valt het dit keer zowaar wel mee met de frisse tegenzin. Maar ik heb dan ook een voorraadkast vol pruimenjam.
RECEPT Pruimenjam met sinaasappel en kaneel
Nodig voor ± 4-5 (kleinere) potjes:
1 kilo pruimen
500 g geleisuiker speciaal
1 sinaasappel
1 citroen
1 kleine theel kaneel
U kunt de hoeveelheid fruit zelf aanpassen, net als de hoeveelheid suiker. Van geleisuiker speciaal heeft u minder nodig dan van gewone geleisuiker, maar u kunt sowieso best wat minder doen dan de verpakking aanbeveelt, dan is de jam alleen wel wat minder lang houdbaar. Bij lekkere jam is dat nooit een probleem, die is zo op.
Verwijder de pitten, snij de pruimen in stukjes. Schillen hoeft niet. Doe in een grote pan met de geleisuiker. Rasp de schil van de sinaasappel erboven fijn. Pers de sinaasappel en de citroen uit, doe het sap in de pan. Voeg de kaneel toe, roer goed door elkaar en laat dit minstens een paar uur (of hele nacht) staan, tot de suiker goed vloeibaar is. Dat is namelijk het geheim van een mooie jamstructuur. Leg een schoteltje in de vriezer. Zorg voor brandschone jampotten. Zet de pan op het vuur en breng al roerend aan de kook. Giet na 5 minuten borrelen wat kokendhete jam op het ijskoude schoteltje: stolt het meteen tot jam, dan is de boel klaar. Zo niet: ietsje langer koken. Vul de potten tot de rand (een schenkkan geeft minder geklieder dan een soeplepel) en draai de deksels vast.
TIPS:
• Brandschone jampotten? Dampend heet uit de afwasmachine werkt perfect. Hoe kleiner van formaat, hoe meer potjes je straks hebt om uit te delen.
• Nog meer jammaaktips? Die vind je hier.
• Geen pruimentijd meer? Tja, daar kan ik ook niks aan doen. Maar dan kun je alvast het recept opslaan voor volgend jaar.
Dit recept verscheen eerder in Trouw (©: Koken met Karin).
Nieuw Vega boek
Intussen de vierde druk alweer, van mijn nieuwe vegetarische kookboek Vega zónder pakjes & zakjes. Te koop bij alle boekhandels, bij bol.com en zelfs bij de Albert Heijn. Maar een gesigneerd exemplaar bestellen via mijzelf kan natuurlijk ook.