Dit recept komt uit het gisteren besproken boek Luilekkerland, maar eigenlijk stamt het uit Het hollands, of neederlands kook-boek uit 1724. Ja heus! Daar heette ‘ie nog ‘Taart van groene room’ en warren de instructies als volgt:
Stampt Pistasjes, wryfse door een haire Teems met Zap van Beet, twee gestampte Makrons, twee Doiren van Eyeren, een weinig Zout en wat versse Boter, maak’er een slag van een Room van, doe het in een witte en dun gerolde Korst; laat uwe Taart bakken, en doe’er Oranje-bloessemwater op, en Suiker als gy het op Tafel zet.
Dat hebben auteurs Onno en Charlotte Kleyn bewerkt tot een bruikbaar recept dat ook nog eens heel erg lekker is. Die ‘Zap van Beet’ bleek knalgroen sap van snijbiet te zijn, maar dat werd (wel zo makkelijk) spinazie. Voor de boekpresentatie kwam ik gezellig even helpen bakken, samen met een tas vol bakvormen. En omdat de grote vormen al nodig waren voor de artisjokkentaart van het voorgerecht (uit datzelfde kookboek uit 1724), werden het minitaartjes. Het is even een gefröbel, het invetten en inbloemen en met deeg bekleden van al die vormpjes, maar dan heb je ook wat. Schrik niet van die spinazie, die maakt de boel extra groen, maar het zijn toch echt zoete taartjes, voor bij de koffie/thee of als nagerecht.
Recept zoete pistachetaartjes met spinazie
Nodig voor ± 15 kleintjes (of 1 grote):
Deeg:
225 g bloem
100 g zachte boter
50 g suiker
3 eidooiers
snufje zout
extra boter en bloem voor invetten
Vulling:
80 g diepvriesspinazie (deelblokjes, ‘gewone’ en niet à la crème!)
150 g ongezouten gepelde pistaches (of kant-en-klaar kruim van pistaches uit de Turkse winkel)
2 à 4 bitterkoekjes, afhankelijk van de grootte
50 g boter
50 g suiker
2 eidooiers
Garnering: 1 eetlepel oranjebloesemwater, suiker om te bestrooien
Verwarm de oven voor op 180 °C. Laat de spinazie ontdooien in een zeef. Vang het sap op.
Deeg: Kneed de bloem, boter, suiker en eidooiers met een snufje zout in een keukenmachine of met de hand. Maak er een bal van, pak de bal in folie en leg hem een halfuur in de koelkast. Beboter kleine metalen taartvormpjes (Ø 6 cm) met boter en bepoeder met bloem. Rol plukjes deeg tot balletjes, mep plat tussen twee handen en duw die mooi dun uit in de vormpjes. Snij bij. Prik de bodem een paar keer in met een vork. Of (meer gedoe) rol het deeg op een bebloemd aanrecht uit tot een mooie dunne lap, steek er rondjes uit en boetseer die vervolgens in de vormpjes. Of zie de tip hieronder.
Vulling (hier kun je natuurlijk al mee beginnen als het deeg ligt te rusten): Maal zo nodig de pistaches fijn in een keukenmachine, samen met de bitterkoekjes. Zijn de pistaches al gemalen, maal dan de koekjes apart. Nu lijkt het ingewikkeld te worden, maar dat is het niet. Je kunt kiezen: doe vervolgens óf het spinaziesap (historisch het meest correct) óf juist de spinaziepulp erbij (de versie die ik gegeten heb, dan smaakt hij inderdaad wat spinaziger dan met sap, maar ik vond dat heel lekker). Volgens mij kun je dan ook net zo goed het hele uitlekken achterwege laten en de spinazie er ontdooid en al gewoon doorheen mikken, maar goed. Doe ook boter, suiker, eidooiers en een snufje zout erbij en maal tot een korrelig-smeuïg groen geheel.
Samenstellen: Doe een volle lepel pistachevulling in elk vormpje. Bak ± 15-20 minuten vrij onderin de oven tot ze er goudbruin en gaar uitzien (check vooral even de onderkant van het deeg).
Laat afkoelen, wip uit de vormpjes (als je ze maar goed genoeg hebt ingevet gaat dat moeiteloos) en besprenkel voor het serveren eventueel met en drupje oranjebloesemwater en als je wilt ook nog wat suiker (maar dat laatste hoeft eigenlijk niet, ze zijn zoet zat).
TIPS:
• Frankrijkgangers nemen natuurlijk van dat kant-en-klare taartdeeg mee. Rondjes uitsteken, in de vormpjes en hoppa, klaar. Supersnel!
• Te veel deeg? Gewoon in de vormpjes doen en zo in de vriezer bewaren. Als ze eenmaal bevroren zijn, kun je ze prima stapelen in een plastic zakje. Dan kunnen op elk gewenst moment (met of zonder vulling) gewoon bevroren en al de oven in. Zo maak je met een gesnipperd appeltje bijvoorbeeld supersnelle appeltaartjes bij onverwacht bezoek! Of supersnelle abrikozentaartjes.
Dit recept komt zoals gezegd uit het boek Luilekkerland van Onno en Charlotte Kleyn, lees er hier meer over.