We doen even een stukje educatie naar de mensen toe, want er heerst grote onduidelijkheid over pakjes en zakjes. Om te beginnen: wat valt er wel onder, wat niet.
Wat is géén pakje of zakje:
Ingrediënten. Ook al zijn die doorgaans ook verpakt. Denk aan: tomaten in blik, pasta in een zak, bonen in een blik/pot/stazak, mosterd in een potje, kerriepoeder in een doosje, bladerdeeg uit de diepvries. Natuurlijk kun je mayonaise, ketchup, yoghurt en currypasta zelf in elkaar knutselen, maar daar bestaan ook prima producten voor in de handel. Met enorme verschillen in smaak en kwaliteit, zodat je zelf kunt kiezen welke jij de lekkerste vindt. En nee, er is ook niks mis met een bouillonblokje. Da’s een handige smaakoppepper. Al geldt ook hier weer: je hebt blokjes en blokjes.
Wat is dan wél een pakje of zakje?
Simpel, let op de onzinfactor.
1. Het hoofdingrediënt moet je zoeken met een lantaarntje. ‘Limburgse aspergesoep’ met 0,5 % asperges, ‘Broccolisoep’ met een 0,5% broccoli, ‘Lenteui-soep‘ met 1,4% lenteui. Wie vitamines wil binnenkrijgen gooit gewoon een pond groente in een pan om soep van te koken.
2. De belangrijkste ingrediënten moet je er nog bijkopen. Dus dan heb je een pakje getiteld ‘Oma’s pannetje champignon prei met kip’ en wat moet er dan nog zelf worden toegevoegd? Inderdaad, champignons, prei en kip. Ook lachen: ‘Boerenomeletmix‘ die nog eieren en groente behoeft, ja zelfs ‘Meringuemix‘ (voor maar liefst € 2,79) waar toch nog eiwitten bij moeten.
3. Vaak wordt gezegd dat pakjes handig zijn omdat je zelf niet tien specerijen in je kruidenrekje hebt. Maar wat is er Thais aan ‘Thaise Kip Siam’ als kenmerkende Thaise smaakmakers als citroengras, vissaus, pepertjes, kokosmelk, koriander en limoen juist schitteren door afwezigheid?
4. Kortom, de dingen die je verwacht in pakjes zitten er níet in. Wat er wél in zit is zout, suiker, aroma’s en smaakversterkers. We eten allemaal te zout en te zoet, maar verreweg de meeste zout en suiker die we binnenkrijgen zitten verstopt in bewerkte producten zoals pakjes en zakjes. Let ook op de tientallen verschillende namen: dextrose, maltodextrine, glucose-fructosestroop zijn ook suiker.
5. Ook steevast een prominent ingrediënt is zetmeel. Gewoon of gemodificeerd, van maïs of van aardappel: het is allemaal favoriet vulmiddel van pakjes. Bij de meeste pakjes moet je zelf water toevoegen. Het zetmeel bindt de boel en zorgt voor een sausachtige consistentie. Maar daarvoor kun je net zo goed wat maïzena of bloem uit je eigen keukenkastje gebruiken.
6. Pakjesmarketeers spenderen grote budgetten om ons te doen geloven dat pakjes het koken sneller maken. Maar de prei en kipfilet moet je sowieso snijden en even sudderen hoort er ook altijd bij. Je bespaart letterlijk nul tijd met een pakje Wereldgerecht in vergelijking met zelf maken.
7. Pakjes worden gepromoot als makkelijk. Natuurlijk, ze geven houvast: er staat een boodschappenlijstje op (zie punt 2) en een recept. Maar recepten kun je overal vinden. Sterker nog: na een paar keer heb je echt geen recept meer nodig voor het maken van een stamppotje, pasta of bolognesesaus, dan doe je dat uit je hoofd, en varieer je vanzelf. Zelf koken met verse ingrediënten en wat spullen uit je eigen voorraadkast is beslist niet moeilijker. Ga niet mee in het frame van de voedingsindustrie.
8. Pakjes jagen je onnodig op kosten. Lees: koken uit pakjes en zakjes is duurder. Voorbeeld? Een ‘maaltijdmixpakket’ van Verstegen met alleen zout en specerijen voor € 1,99 per stuk. Dat is fors aan de prijs voor één maaltijd voor twee personen, wetende dat je alle – ik herhaal: álle – overige ingrediënten (pasta, groente, kaas) er nog zelf bij moet kopen. Dat noem ik geen kookhulp, dat noem ik geld-uit-de-zak-klopperij.
9. Pakjesmakers die beweren dat ze ‘E-nummers verwijderd hebben’ bedoelen dat ze de boel anders zijn gaan formuleren op de etiketten. Dat heet ‘clean labelling’. E-621 eruit, gistextract erin, tel uit je winst. Voor de consument wordt het er allemaal niet transparanter op, integendeel. Let wel: eten zonder e-nummers bestaat niet, ook zuurstof heeft een e-nummer, lees Rosanne Hertzberger er maar op na. Maar wie uitsluitend eet uit pakjes en zakjes, leeft beslist ongezonder.
10. Voedingsmiddelenfabrikanten zijn verslaafd aan zout, suiker en vet. Die kúnnen ze vaak helemaal niet minderen in hun producten, want dan wordt de boel oneetbaar, valt uit elkaar of consumenten schrikken zich een hoedje en rennen naar de concurrent. Veel pakjes en zakjes hebben (of ze nu Thais, Grieks of Mexicaans heten) vaak dezelfde muffe hartig-zoete basismaak. Als pakjesfan smaakt dat bekend en vertrouwd. Het goede nieuws: je kunt er heel makkelijk van afkicken, en dat gaat een stuk makkelijker dan bij sigaretten. Als je dan uit heimwee weer eens een pakje macaronimix door je spaghetti gooit, merk je hoe absurd zout het is.
Kortom: pakjes bieden op het eerste gezicht houvast en zelfvertrouwen, maar ook afhankelijkheid. Het succes van de pakjesindustrie is dat ze de valse illusie geven van gemak. Als je er aan gewend bent, zou je bijna vergeten dat zelf maken net zo makkelijk is en in precies dezelfde tijd kan. Maar vooral: het kan allemaal veel lekkerder. Maar daar help ik je gewoon af en toe weer even aan herinneren.
Zelf aan de slag? Dan is er natuurlijk Het Grote Zónder Pakjes & Zakjes Kookboek, of de opvolger Wereldgerechten zónder pakjes & zakjes.