Ik heb een zwak voor moestuinkookboeken. Vierhoog achter probeer ik manmoedig mijn smulbalkon te beheren, wat bij het ene gewas beter lukt dan het andere. De platte peterselie komt al boven de dakgoot uit, daarentegen heeft de aalbes dit jaar een oogst van 5 besjes. Ik blijf het manmoedig proberen hoor, daar niet van, maar een complete moestuin of volkstuin is voor mij wellicht wat te hoog gegrepen, helaas, helaas.Daarom is het lezen van moestuinkookboeken zo fijn: wel de lusten (voor het oog en de maag) niet de lasten (onkruid wieden, ongedierte bestrijden, overschot wegwerken).
Het boek Eten uit de volkstuin, naar het gelijknamige blog van Marleen van Es, is een waarlijk smulfestijn. Fijn om te lezen over lastpakken als kropsla (nooit zaaien als het buiten 20 graden is , dan gaat de sla bloeien en wordt nooit meer een krop) of veldsla (te dicht op elkaar gezaaid is de kans op meeldauw erg groot). En niet te vergetende luizen in de krulsla.
Rucola ‘gaat eigenlijk nooit mis’, dat had ik gelukkig proefondervindelijk al ontdekt, maar wat ik nog niet wist is dat je de doorgeschoten stengels niet weg moet gooien maar op z’n kop in een emmer hangen en wachten tot de zaden vanzelf los schieten, zo heb je zaden voor volgend jaar. En dat is dan alleen nog maar het sla-hoofdstuk.
De (vegetarische) recepten zijn heel simpel en heel puur. Met goeie groente hoef je immers niet zo veel te doen. Met avontuurlijke uitstapjes als snijbietsushi, een aspergecharlotte met verse kaas (doodzonde dat het ingrediëntenlijstje dwars door de beeldschone foto geplaats is!) en bietenmojito. En een eye-opener is de dragonpesto met venkelzaad!
Marleen van Es, Eten uit de volkstuin, uitgeverij Nieuw Amsterdam, ISBN 9789046819005, € 24,95