Koh Samet, een restaurantje aan het strand. De tafels en stoelen staan pal langs de vloedlijn, een uitstalling van de prachtigste vissen en gamba’s ligt me toe te lachen, ach, wat kan er dan nog misgaan? Toch nog een hoop, zo blijkt. De kok kan namelijk niet barbecueën. De gortdroge gamba’s zijn met een scheut vissaus nog wel weg te krijgen, maar de tonijn valt niet meer te redden. Tragisch. Hoe krijg je het voor elkaar om kakelverse vis zó te laten verpieteren?
Gelukkig is het de spreekwoordelijke uitzondering op de regel, want alle ander Thai die ik tegenkom, koken zonder uitzondering de sterren van de hemel. Met speciale vermelding voor die vriendelijke mevrouwtjes met hun verrijdbare eetstalletjes die de hele dag door de hongerige medemens van eten voorzien. 24/7. In Thailand wordt namelijk altijd en overal gegeten, maakt niet uit waar of op welk moment van de dag. Op elke stoep struikel je over kleine plastic krukjes en tafeltjes waar het een kwestie is van aanschuiven en bestellen maar.
Hoe klein het minirestaurantje ook, op elk tafeltje pronkt een carrousel met een viertal smaakmakers, bestaande uit suiker, vissaus, gemalen, gedroogde chilipeper en ringetjes rode en groene verse pepers. Net zo onvermijdelijk als bij ons vroeger het flesje Maggi. Zodra een bord eten ter tafel verschijnt, is het de bedoeling om alle vier in ruime mate eroverheen te lepelen. Pad thai is het beste voorbeeld. Voor niet-ingewijden: zeg maar de bami goreng van Thailand. Overal en altijd verkrijgbaar en het gerecht voldoet helemaal aan die typisch Thaise balans van zout, zoet, pittig en zuur. Die je dus zelf naar eigen voorkeur verder kunt perfectioneren met genoemd viertal.
Zou het daarom zijn dat de Pad Thai bij mijn buurt-Thai in Amsterdam elke keer weer tegenvalt want te flauw, te eendimensionaal? Daar staat alleen een Hollands peper- en zoutstelletje op tafel. Terwijl ik zout in Thailand nog nooit ben tegengekomen, alles gaat er immers met vissaus, nam pla. Een hartige, dunne saus op basis van gefermenteerde vis. Rotte vis, inderdaad, maar dat klinkt erger dan het is. Natuurlijk moest er zo’n authentiek pittoresk flesje mee naar huis in de vakantiekoffer, dik ingepakt tegen breukgevaar. Tot bij thuiskomst bleek dat de toko om de hoek ze ook verkoopt. Van vier verschillende merken. Die verdraaide globalisering ook altijd. Het is maar goed dat dit de laatste aflevering is van mijn culinaire wereldreis. Vanaf volgende week gaan we weer gewoon doen. Maar morgen eerst nog even mijn eigen Pad Thai-recept.
Dit is de 8e en laatste aflevering van mijn culinaire wereldreis in Trouw. Terug naar aflevering 1 (Frankrijk met coq au vin), aflevering 2 (USA met blueberry pancakes), aflevering 3 (Peru met papas rellenas), aflevering 4 (Sri Lanka met dal curry), aflevering 5 (Suriname met pindasoep), aflevering 6 (Turkije met adana yogurtlu) en aflevering 7 (Australië met banana bread). Aanstaande zaterdag ga ik in de krant weer verder met ‘gewone’ antipakjesrecepten.