Jaren geleden werd ik gevraagd voor de foodstyling (lees: koken voor de foto) van een pakje sambal goreng boontjes, voor een advertentie. Een klein klusje, want het ging maar om één foto van een wok met daarin de bereide boontjes. Plus een foto van het pakje in kwestie met gezellig wat verse koriander ernaast. Ik opperde voorzichtig dat zulks niet logisch was, omdat er immers geen koriander in het pakje zat. De ook in de fotostudio aanwezige artdirector van het reclamebureau belde paniekerig met de accountmanager op kantoor, die weer belde met de klant, die in vergadering zat. Na een uur kwam het verlossende woord: géén koriander. Prima.
Daarna de boontjes in de wok met de saus uit het pakje. De fotograaf klikte, de artdirector mailde de foto naar de accountmanager, die stuurde hem door naar de klant, die intussen in een nieuwe vergadering zat. Na een uur kwam het verzoek of dat ene boontje linksboven iets naar rechts kon? Tuurlijk. Nieuwe foto, weer de hele santenkraam. Kon dat sausvlekje op de wok schoongeveegd worden? Geen probleem. Nieuwe foto, weer wachten. Buiten begon het te sneeuwen. Binnen verflenste de zoveelste portie boontjes, verschool de chagrijnige artdirector zich achter z’n laptop, vertelde de fotograaf hilarische anecdotes en ging ik maar weer eens thee zetten. Bericht van de klant: kon er toch wat meer saus bij? Jazeker.
Enfin.
Zo verstreek de dag in totale zinloosheid maar zelden voelde een klant zich zo heerlijk koning. De advertentie heb ik nooit in enig blad zien staan.
Conimex Boemboe Sambal Goreng
Plantaardige olie, dextrose, sambal oelek 10,5% (rode peper, zout, voedingszuur E270, water), suiker, ui, water, tomatenpuree, gember, kokospoeder 4%, azijn, gemodificeerd maïszetmeel, zout, aroma, geharde plantaardige olie, galangawortel, knoflook, laurierblad, cayennepeper, melksuiker, maltodextrine, aardappelzetmeel, conserveermiddel E202, kleurstof: paprika-extract.
En sambal goreng boontjes? Die maak ik nog altijd zonder pakje maar gewoon à la Beb Vuyk uit haar onvolprezen Groot Indonesisch Kookboek. Dit gezegd hebbende sjoemel ik natuurlijk best wel eens. Niet tegen mevrouw Vuyk zeggen. Als de palmsuiker (gula djawa) op is, grijp ik net zo makkelijk naar de bruine basterdsuiker. En als die óók op is, naar de gewone witte kristalsuiker. Soms gebruik ik een brok santen met water, soms een blik kokosmelk – het is werkt met allebei. Laatst heb ik het per ongeluk een keer gemaakt zonder sereh (stengel citroengras), maar die vind ik toch echt onmisbaar. Gelukkig heeft zelfs de supermarkt hem tegenwoordig paraat.
Of trassi natuurlijk, geen SGB zonder trassi, in de vorm van gewone trassi of sambal trassi. Maar dat is een kwestie van om de zoveel tijd een potje inslaan bij de toko. Alleen salamblaadjes, die wil ik nog wel eens laten zitten. Maar als je toch bij de toko bent geweest voor die trassi, dan neem je natuurlijk ook gewoon wat van die blaadjes mee. Onderin de vriezer blijven ze ik weet niet hoe lang goed en dan is het een kleine moeite om even één zo’n blaadje in de pan te flikkeren.
Zelf maken?
Nodig voor 4 personen:
500 g sperziebonen
1 sereh-stengel
1 ui
1 knoflookteen
1 flinke theel sambal trassi (of gewone sambal oelek + 1 klontje trassi)
1 theel laos
1 theel bruine basterdsuiker (of natuurlijk een klontje palmsuiker, gula djawa)
1/8 blok santen (of 200 ml kokosmelk)
snufje zout
scheutje plantaardige olie
Het beste resultaat krijgt u door gesnipperde ui, knoflook, sambal, laos, suiker en zout samen fijn te wrijven tot een prutje in een cobek, zo’n ruwstenen Indonesische vijzel uit de toko. Maar met de staafmixer komt u ook een heel eind. Probeer het mengsel wel zo veel mogelijk te kneuzen zodat het lekker papperig wordt en niet slechts harde stukjes. Verhit wat olie in een pan met dikke bodem. Fruit het bruine prutje een minuut of 2 al roerend tot het heerlijk ruikt. Doe de doormidden gesneden boontjes erbij, schep goed om. Voeg de santen toe plus 150 ml water (of de kokosmelk, en dan zonder water). Leg een knoop in de sereh-stengel en doe erbij, plus als u heeft het salamblaadje. Breng aan de kook en laat met deksel op de pan rustig beetgaar sudderen in ± 15 minuten.
Tips:
- Het Groot Indonesisch Kookboek van Beb Vuyk uit 1973 is een standaardwerk dat ik iedere kooklustige met of zonder tempo doeloe van harte toewens. Het is nog altijd volop verkrijgbaar, in een vrij recent geheel opgefriste versie.
- De meeste ingrediënten zijn gewoon verkrijgbaar in de supermarkt. U moet naar de toko voor salamblaadjes (vriezer) en een potje trassi of sambal trassi. Trassi is een eerlijk gezegd ronduit onmisbare smaakmaker, alleen niet geschikt voor vegetariërs. Desnoods dus toch maar weglaten, net als dat blaadje, wat overigens dan weer een stuk minder onmisbaar is.
Smaakt naar meer? In mijn kookboek De vrolijke tafel vind je een complete Indische rijsttafel. Verkrijgbaar in de boekhandel of te bestellen via deze website.