Vorige week om deze tijd zat ik in Oostenrijk driemaal daags aan de Hugo.’Oe-ghoo’, zeggen ze zelf. Zucht. Hugo-Heimweh. En het is nog hip ook, volgens collega Marjan Ippel. Maar wat is het? Een friszoetfruitig zomerdrankje dat op elk terras weer net even anders smaakt. Het kan met wijn, maar liever met Sekt of (vaker) Prosecco. En toch slechts licht alcoholisch omdat er ook een scheut bubbelwater doorheen gaat, wat ze in Oostenrijk trouwens overal bijdoen, tot de appelsap aan toe. En al die ijsklontjes verdunnen de boel ook tot zeer acceptabel-doordrinkbare hoogte. Maar het meest kenmerkende onderdeel, en dát is nu juist het verslavend lekkere geheim, is de vlierbloesemsiroop. Holunder, heet het daar, en ze zijn er dol op in Oostenrijk. Iedere boerderij maakt zijn eigen sap en siroop, elk horeca-etablissement heeft het in huis. Zelf vlierbloesemsiroop maken staat nog altijd hoog op mijn To Do-lijstje, maar tot die tijd koop ik het in Nederland van het Engelse merk Belvoir (waar het ‘Elderflower’ heet), onder andere verkrijgbaar bij Marqt.
Recept voor 1 groot wijnglas:
150 ml Prosecco (of andere bubbelwijn)
100 ml bronwater met veel bruis (liever Spa Rood dan Spa Henriëtte)
scheut vlierbloesemsiroop
4-5 blaadjes geurige verse munt
schijfje limoen
ijsblokjes
Muntblaadjes een beetje fijnstampen onderin een glas (denk: mojito). Schijfje limoen erbij. Liefhebbers van een zuurtje knijpen ook nog een extra schijfje limoen erboven uit. Dan vlierbloesemsiroop erin, vervolgens bronwater en tenslotte de Prosecco, allemaal liefst ijskoud uit de koelkast. De hoeveelheden luisteren niet heel nauw, zolang je maar wat minder bronwater doet dan bubbelwijn, anders wordt het zo flauw. En ik hou persoonlijk van een ferme scheut vlierbloesemsiroop, anderen van een kleintje. Dat is naar eigen smaak. Hetzelfde geldt voor de muntblaadjes. Ik kwam ook Hugo’s tegen met slechts één eenzaam blaadje. Die is dan vooral decoratief; wil je munt proeven, dan moet er echt wat meer in. Waarbij de ene soort (denk: die bossen van de Turk) trouwens ook weer veel sterker van smaak en geur is dan de andere (denk: die laffe plantjes uit de supermarkt). Wel de boel een beetje roeren, anders zit alle zoete siroop onderop. IJsblokjes en een rietje erin en klaar is Kees. Eh, Hugo.