(12 stukken)
Bereiden: 15 minuten
In de oven: 45 minuten
De sierlijke klassieker die met Kerst niet mag ontbreken.
Nodig voor 1 grote tulband:
350 g zelfrijzend bakmeel
5 eieren
250 g roomboter (kamertemperatuur)
150 g suiker
200 g boerenjongens of rozijnen (of een mengsel van rozijnen en sukade, maar daar houdt niet iedereen van)
snufje zout
evt. wat extra boter en meel voor invetten
garneren: poedersuiker
- Oven voorverwarmen op 180 °C.
- Klop met de mixer de zachte roomboter met de suiker tot een luchtige massa.
- Doe de eieren erbij en blijf een minuut of 5 kloppen.
- Zeef het meel met wat zout erboven en spatel erdoor, nu niet meer mixen.
- Schep op het laatst de boerenjongens/rozijnen/sukade erdoor. Het is een vrij stevig deeg, maar voeg desgewenst een scheutje melk toe.
- Kwast een grote tulbandvorm (2 liter) in met wat zachte boter en bepoeder met wat bloem – bij gebruik van een siliconenvorm kan dit onderdeel achterwege blijven.
- Schep het deeg in de vorm en zet drie kwartier in de oven.
- Prik met een satéprikker om te checken of de tulband klaar is. Die moet er nét droog uit komen, dus niet meer kleddernat, maar ook niet gortdroog, dan ben je te laat. Niets is erger dan een te droge cake, dus hou hem in de gaten.
- Bestrooi voor het serveren met wat poedersuiker
TIPS:
- De ingrediënten zijn berekend op een grote tulbandvorm van 2 liter inhoud. Mocht je zelf een kleinere vorm hebben, verdeel het overtollige deeg dan over papieren cakevormpjes – die hoeven maar 10 tot 15 minuten in de oven.
- Rozijnen (zeker natte) hebben de onhebbelijke gewoonte om naar de bodem van de cake of tulband te zakken. Dep de boerenjongens eerst droog met keukenpapier, omhussel ze daarna met wat bloem. Dat wil nog wel eens helpen.