Al een aantal weken heb ik een tweetal Amerikaanse pannen te logeren, een wok en een koekenpan, allebei luisterend naar de merknaam Infinite Circulon, geïmporteerd door de firma Wesco. Meneer Koken met Karin, altijd bezorgd over het ‘dichtslibben van het huis met spullen, en dan met name de keuken’ keek reuze sceptisch toen de enorme doos werd binnengebracht: een wok met deksel als een slagschip, en een koekenpan juist zonder deksel. Oei, gevaarlijk, zo leerde een recent pannendrama met de Woll ons.
Platte bodem
Maar goed, het is mijn vak, dus ik sloeg braaf aan het wokken. Of betergezegd, ik zette meneer Koken met Karin aan het wokken, want als vrouw des huizes heb je soms urgentere dingen te doen. Dat bleek een gouden zet. Hij was niet meer bij de wok vandaan te slaan. Dagenlang werd er uitsluitend nog gewokt. Zelfs aardappels bakken bleek ineens bij voorkeur woksgewijs plaats te vinden. Deze wok heeft een platte bodem waardoor hij aangenaam stabiel op het gasfornuis staat, heel wat anders dan de gebruikelijke ronde wokken. Na even wachten wordt hij flink heet en die deksel is prettig om dingen nog even na te laten sudderen terwijl je op zoek gaat naar de kroepoek.
Smoor-roerbakken
Ik heb altijd geleerd dat je moet wokken in een dunne plaatstalen ronde wok, zo eentje die werkelijk loei- en loeiheet kan worden. Maar eigenlijk heeft dat helemaal niet zoveel nut. Op onze Hollandse gasfornuisjes wordt het namelijk nooit zo godsgruwelijk heet als op die Aziatische wokbranders in stalletjes langs de weg. Wat wij hier wokken noemen, is vaak meer een soort smoor-roerbakken. Niet zoals in Thailand en Vietnam zijn groenten in luttele seconden gaar, nee, wij laten de boel een beetje sudderen, want knetterharde groente, daar wordt niemand blij van. En dan is een stabiele wok met deksel eigenlijk gewoon een uitkomst.
Geanodiseerd aluminium
Woks met een tefallaagje zijn zoals bekend geen goed idee; bij hoge temperaturen gaat die vaak al snel flintertjes afgeven, zeker bij veel roerbakken met een spatel. Dat kan bij deze wok als het goed is niet gebeuren, deze is namelijk gemaakt van hard geanodiseerd aluminium dat naar verluidt extreem hard en bestendig is. In de roestvrijstalen bodem zit een laag alumininium gesandwitchd waardoor de hitte gelijkmatig verdeeld wordt. Aanbakken is onmogelijk. Sterker nog: je zou er vetarm in kunnen bakken, mocht je dat willen.
Twee spiegeleieren
Datzelfde geldt voor de koekenpan. Ook die werd aanvankelijk met enige scepsis bekeken, wij hebben immers al legio prettige koekenpannen in huis? Aardappels en groente koken kan in alles, dat doe ik dan ook al mijn halve leven in de meest simpele pannenset die ik ooit kreeg toen ik op kamers ging. Maar een goede koekenpan is een heel ander verhaal. Een mens heeft nooit teveel fijne koekenpannen, zo blijkt maar weer. Deze heeft een mooi universeel formaat (‘Je kan er tenminste twee spiegeleieren tegelijk in bakken’ voegt meneer Koken met Karin toe), ook deze staat lekker stevig op het fornuis, maar ligt toch vrij licht in de hand, zeker in vergelijking met de geweldige stalen pannen van Demeyere.
Geen deksel
Je moet de pan wel eerst even goed heet laten worden, dus voor een supersnel roereitje kun je beter een dun tefalkoekenpannetje nemen. Maar als de pan eenmaal is voorverwarmd, is het een genot om in te bakken. Eitjes, worstjes, biefstukjes, van alles passeert de revue. Alleen jammer dat er geen deksel bijzit, dan kun je vlees bijvoorbeeld nog even laten sudderen op lager vuur. Gelukkig had ik van de fabrikant van mijn dierbare Woll-pan laatst een prachtige glazen deksel toegestuurd gekregen, en die paste zowaar ook hierop (en nee, hij bleef niet vastzitten, zoals bij het pannendrama…).
Vaatwasmachinebestendig?
Ook heel fijn: de pan kan in de oven, ideaal om bijvoorbeeld een biefstukje even mooi te laten doorgaren. Tevens geschikt voor inductie, mocht je dat hebben. Ik meld het maar even. De conclusie mag duidelijk zijn: fijne pannen. Alleen gek dat er ‘Vaatwasmachinebestendig’ opstaat, terwijl tegelijkertijd wordt geadviseerd om voor het duurzaamste onderhoud de pannen toch liever met de hand af te wassen. Nou ja, als dat alles is.