Eindelijk kwam het er dan van, hup naar de bios voor de culifilm Julie & Julia! Met mixed feelings kwam ik er ruim twee uur later weer uit. Tja, wat zullen we zeggen. Sentimenteel, Amerikaans, voorspelbaar veel en veel te lang. En toch voor foodies wel erg leuk.
Neuspoliep
Laat ik beginnen met te zeggen dat Meryl – I had a faaaaaarm in Aaafrica – Streep niet mijn favoriete actrice is. Sterker nog, bij ons thuis noemen wij haar altijd ‘de neuspoliep’, naar het onvolprezen lied van Hans Dorrestein (‘Meryl Streep, Meryl Streep, jij vreselijke neuspoliep’ – dat kennen we allemaal toch wel?). Maar eerlijk is eerlijk, ze is in deze film onovertroffen grappig. Extatisch, aandoenlijk enthousiast, optimistisch naïef, Frans pratend met een accent van hier tot Tokio, en voorzien van de leukste man die je kunt bedenken, Stanley Tuzzi. Jazeker, die uit Big Night.
Hup, bruiloft
Het boek is gebaseerd op twee boeken, die ik allebei met plezier gelezen heb, de memoires van Julia Child, My Life in France, en het boek Julie/Julia van foodblogger Julie Powell waarin ze in één jaar tijd alle recepten uit het kookboek van Child kookt. De film raast in sneltreinvaart door beide boeken heen, waardoor weinig tijd is voor finesses. Neem de zus van Julia, Dorothy. Die komt in werkelijkheid een jaartje logeren bij de Childs in Parijs voordat ze tegen een man aanloopt, maar in de film komt ze aan met de trein, ontmoet ze meteen een man op haar welkomstfeestje en hup, daar is de bruiloft al. Het weerzien van de twee boomlange, ongeciviliseerde, zussen is trouwens wel een hoogtepunt in de film.
Versailles
De scènes in Frankrijk zijn wel erg over the top pittoresk, zoals ze zich, zucht, in Hollywood voorstellen dat Parijs eruit ziet. De art directors zijn helemaal losgegaan met koddige marktkooplui temidden van stapels verse groente, pittoreske bakkerijtjes, een appartement om van te watertanden (‘It’s Versaaaaaailes!’ roept Julia/Meryl dan uit, terwijl ze in werkelijkheid in een nogal treurigstemmende woning vertoefden) en veel glimmende koperen pannen, kekke hoedjes en mooie schoenen.
Voorspelbaar
De film wisselt af tussen beide levens: Julia in Parijs en Julie in Brooklyn en ach wat toevallig, het loopt allemaal keurig parallel. De scènes met Julie Powell en haar lieve man Eric zijn weinig sprankelend, en ook wel erg voorspelbaar. Je ziet alles van mijlenver aankomen. Als de echtelieden het na een ruzie voor de deur van het appartement weer goedmaken roept de halve bioscoop al wat hij gaat zeggen, en inderdaad, ‘What’s for dinner?’.
Uien snijden
De scènes met Meryl Streep zijn veruit de leukste. Neem alleen al de episode waarin Julia een ui leert snijden. Dat lukt aanvankelijk niet al te best, maar dat kan onze ondernemende Amerikaanse niet uitstaan, dus ze gaat thuis flink oefenen. Met bergen uien als resultaat en manlief Paul die snel een veilig heenkomen zoekt. Overigens is dat het enige waaruit blijkt dat ze in werkelijkheid aanvankelijk totaal niet kon koken, net zomin als Julie Powell. In de film kunnen beide dames moeiteloos meteen in de keuken volwaardig uit de voeten, iets wat de persoonlijke ontwikkeling nogal flinterdun maakt. Zo dun als de sole meunière waar de kookliefde van Julia mee begint.
Boef bourguignon
En toch, en toch. Voor foodies en bloggers is de film een feest der herkenning. Er komt flink wat eten voorbij, van de eerder genoemde sole meunière en kreeften tot boeuf bourguignon (consequent uitgesproken als ‘boef’ in plaats van ‘buf’) en een mooie eend in bladerdeeg. Als culinair schrijver kon ik bovendien een heel eind meegaan in de hindernissen op het pad. Als Julia in wanhoop uitroept dat niemand haar boek wil hebben, is dat oprecht ontroerend. Maar gelukkig heeft ze Stanley Tuzzi.