Vorige week was ik in Parijs, en wat doet een mens daar, behalve rondrennen en leuke nieuwe adresjes ontdekken en genieten van de prachtige herfstzon? Juist, macarons eten, die ultrafranse luchtige en kleurrijke lekkernijen. Hoe meer, hoe beter. De week ervoor had ik ze in Nederland nog geprobeerd bij de firma Niemeyer in Amsterdam. Ze hadden zo’n zeven verschillende soorten – allemaal geproefd uiteraard – en ze waren heus lekker hoor, maar ja, geen echte Franse hè.
Telefooncelgroen
Dat zat ‘m vooral in het uiterlijk. De Amsterdamse variant was heel keurig van kleur. Pistache, walnoot of chocola? Ze waren allemaal beige-achtig. Franse macarons daarentegen knallen van je bord af. Telefooncelgroen (ach ja, toen we die nog hadden), fuchsiaroze, gifgeel met donkerbruine stipjes…
Deze zijn van Carette, een bekende patissier annex tearoom op het Place du Trocadéro. Maar de bekendste macaron-leverancier is Ladurée. Een eerbiedwaardig oude firma die intussen diverse filialen heeft in de Franse hoofdstad en zelfs op het vliegveld, wat reuze handig is. Die op de Champs-Elysées is groot en lawaaiierig en vol Japanners en aanverwanten, die op de rue Royale is kleiner en tja, hoe zal ik het zeggen, authentieker. Wat dat ook moge betekenen. Parijzenaars staan er vooral op zaterdagmiddag in de rij voor hun weekend-shot aan macarons.
Te groot
Oja, ik heb er ook eentje op van Pierre Hermé, een grote waarvan ik helaas ben vergeten een foto te maken. Dat bleek toch een brug te ver. En dat ondanks de verrassend lekkere combinatie van chocola met mango. Hij was domweg te groot. Teveel macaron is ook niet goed voor een mens, ik kreeg hem niet eens op. Eeuwig zonde.
Zelf macarons maken? Ik heb het nog nooit aangedurfd. Maar misschien jij wel? Hier vind je een recept. In het Frans, dat wel…