Ach ja, moestuinieren, je moet er talent voor hebben. Dat is bij mij echter nog niet helemaal tot volle wasdom gekomen. Het begon zo goed en ging al snel als een speer met mijn dit voorjaar gezaaide rucola, maar als je eventjes niet oplet en intussen– tja, moet ook gebeuren, nietwaar –afreist naar Frankrijk, staat er bij thuiskomst ineens een manshoge bak met in de wind wiegende witte bloemetjes. Reuze pittoresk, daar niet van, maar eetbaar? Nou nee.
Sprietige radijs
De radijzen waar ik vorig jaar (beginnersgeluk?) zo’n eclatant succes mee had, zijn dit jaar treurnis alom. Welgeteld drie radijzen heb ik mogen oogsten, daarna was het gedaan met de pret. Onder het welig tierende groen zaten wel dikke rode wortels, maar die kon je met goed fatsoen geen radijs noemen. Ook al was dit dan langwerpig model radijzen.
Geen biet aan
De bietjes hebben er ook niet zo’n zin in. Maar het kan ook zijn dat ik er in mijn enthousiasme veels te veel in een pot geplant heb, zodat die arme jongens geen kant uitkunnen. Enfin, al doende leert men. Toch?