Voor een recept uit het gisteren besproken boek Ik kook met oma zocht ik eigenlijk iets met tuttifrutti, daar was mijn eigen oma namelijk een kei in, maar op tuttifrutti heb ik dit kookboek niet kunnen betrappen. Daarom werd het deze Hongaarse goulash, die in het boek Stoofpotje op Hongaarse wijze heet. De tekst is gericht op kinderen, maar oma’s mogen wel een handje meehelpen.
Nodig voor 4 personen:
600 g magere runderlappen
1 ui
3 knoflooktenen
2 winterwortels
1 rode paprika
3 eetl olijfolie
2 eetl bloem
1,5 eetl zoet paprikapoeder
2 blikjes tomatenblokjes (à 450 g)
0,5 eetl suiker
Evt. 1 potje witte bonen
1. Haal het vlees uit de koelkast en laat het op kamertemperatuur komen. Dep het droog met keukenpapier en snij het in mooie stukken.
2. Snipper de ui en snij de knoflook in plakjes. Snij de wortels in stukken. Snij de paprika doormidden, haal de zaadlijsten en pitjes eruit en snij hem in stukken.
3. Verhit de olie. Bak het vlees, terwijl je het goed omschept, aan alle kanten mooi bruin(misschien is dit een klusje voor oma, want het vet kan wel eens spatten!). Bak de ui en knoflook even mee. Strooi de bloem en het paprikapoeder erover en schep alles om.
4. Doe de tomatenblokjes, de suiker en een kopje water erbij. Leg een deksel op de pan en laat het vlees zachtjes 2 uur stoven. Doe dan de groenten erbij en als je wilt een potje witte bonen en laat alles samen nog eens 20 minuten zachtjes pruttelen. Doe er zout en peper bij. Lekker met aardappels, maar ook met rijst.
Tip: voeg een flinke schep zure room toe, dat maakt de goulash lekker romig en zacht van smaak.
Foto: Cameron studio
Dit recept komt uit het boek Ik kook met oma (uitgeverij Inmerc). Lees hier de recensie.