Vorige week ging ik in Trouw voortvarend van start met deze koken-op-de-campingserie, maar dat durfde ik pas aan nadat u in hartverwarmend groten getale gehoor gaf aan mijn noodkreet over hoe je dat eigenlijk aanpakt, koken in een tent. Waarvoor dank! Als er één ding opvalt aan de vele mailtjes die ik mocht ontvangen, dan is het wel dat dé kampeerder niet bestaat.
Kampeertypes
Er zijn de wandelkampeerders, die alleen ultralichtgewicht bagage bij zich hebben. De fietskampeerders die in hun efficiënt ingerichte fietstassen nog net een compleet assortiment kruiden in plastic zakjes hebben weten te friemelen. En natuurlijk de we-gooien-de-achterbak-van-de-auto-lekker-vol-met-blikken-kampeerders. Dwars daar doorheen heb je de zichzelf ‘hardcore kampeerders’ noemenden die, al dan niet in hun uppie, hun tentje uitwerpen in de rimboe waar in de verste verte geen kampwinkel te bekennen valt. Maar je hebt ze ook die de camping juist uitzoeken op de eigenschap dat er een lokale markt in de buurt is voor de heerlijkste verse ingrediënten.
Basismateriaal
Ik kan u nu al vertellen: het gaat mij deze zomer niet lukken om alle categorieën tevreden te houden. Ik moet keuzes maken. Aangezien ik als kampeerdebutant nog lang niet geschikt ben voor het echte doorgewinterde gebeuren, waarschuw ik maar vast: ik ga toch uit van enig basismateriaal, hetzij van de lokale markt, hetzij uit de campingwinkel, hetzij van thuis meegenomen.
Aangekleed
Bovendien dient gezegd dat ik natuurlijk kookschrijfster ben. Zo zal de verrassend vaak ingestuurde receptsuggestie bestaande uit bonen in tomatensaus, (vegetarisch) gehakt en geraspte kaas vast prima te hachelen zijn na een inspannende fietspartij bergopwaarts met een Stormvogel in het aanhangkarretje, maar culinair gezien kan ik daar in deze rubriek echt niet mee aankomen. Dus het wordt eenvoudig en maakbaar, maar toch een beetje aangekleed. Altijd zonder pakjes en zakjes, dat moge duidelijk zijn. En met de tip van lezer Paul Ploos van Amstel in de oren geknoopt: ‘Hoe kook je in een tent? Niet doen, altijd buiten koken.’
Recept Campingchili
Nodig voor 4 personen:
500 g rundergehakt
2 blikken (à 400 g) bruine/kidney-bonen
1 blik (400 g) tomatenblokjes
1 rode paprika
1 grote ui
2 knoflooktenen
1 eetl chilipoeder of 1 rode peper
evt. 1 eetl komijnpoeder (djinten)
1 bos verse koriander (of peterselie)
1 bekertje zure room (of crème fraîche of yoghurt)
scheutje olijfolie
zout & peper uit de molen
Fruit de gesnipperde ui en knoflook zachtjes op laag vuur in wat olie in een ruime pan. Snij intussen de paprika in miniblokjes. Wie geen chilipoeder heeft kunnen vinden, hakt een rode peper fijn, met zaadjes en al. Doe paprika, rode peper/chilipoeder en als u heeft liefst ook komijnpoeder in de pan en fruit even mee. Zet het vuur iets hoger, doe het gehakt erbij en bak al omscheppend rul en bruin. Dat mag rustig 10 minuten duren. Doe nu de tomatenpulp erbij plus zout en peper. Laat 10-15 minuten flink pruttelen zonder deksel. Voeg op het eind de in een zeef goed omgespoelde en uitgelekte bonen toe en warm even mee. Serveer met zure room en grofgehakte koriander. Wie dat laatste niet heeft of niet lust, neemt peterselie. Lekker met al naar gelang de plek waar u zit knapperig stokbrood, Semmelbrötchen, ciabatta of Turks brood erbij.
TIPS:
• In de normale thuisversie laat ik de chili een uurtje sudderen. Dat kost te veel gastankjes maar zorgt wel voor smaakverdieping. In plaats daarvan adviseer ik om het gehakt lekker uitgebreid aan te bakken.
• Het leukst is om een bonenmix te doen, helemaal als u dubbele hoeveelheden maakt voor grote groepen. Rode kidneybonen, bruine bonen, witte bonen (maar dan zonder tomatensaus), borlottiboontjes, kapucijners, ja zelfs flageolets heb ik er wel eens doorheen gekieperd.
• Wie geen chilipoeder heeft, komt ook met (waarschijnlijk makkelijker te vinden) paprikapoeder en cayennepeper een heel eind. Franse kampeerders kan ik piment d’espelette aanbevelen.
Dit is deel twee van de serie Koken met Karin op de camping. Deze hele zomer vind je elke zaterdag in Trouw de nieuwste aflevering. Pas na het weekend staat het recept ook hier online. Tja, verschil moet er wezen. Na de zomer ga ik weer verder met mijn antipakjesrecepten.
In de volgende kampeeraflevering: Campingcouscous.